zonder titel / 100 x 100 cm | acryl op katoen met gebroken glas | 2014
Afscheid, verlies, rouw, moeten opgeven terwijl je niet wilt. Dromen worden gedwarsboomd en je lijkt een toeschouwer in je eigen bestaan. Je spiegelt en wordt gespiegeld in het gebroken glas. Elk uur van de dag werpt een andere schaduw.
Bericht: „Haar lichaam geeft het op.” Ik ken je enkel via via en toch komt dit bericht aan als een mokerslag. Het mag voor jou niet gaan zoals je altijd gedacht had: samen met je geliefde oud worden, genietend van de wijsheid en de liefde voor elkaar. Bij mij riep het het onontkoombare besef op dat alles vergankelijk is.
Dan komt de onstuitbare drang om wat ik ervaar vorm te geven: het verdriet, de angst, de confrontatie met mijn eigen sterfelijkheid. Net zo min als jij ben ik klaar op deze wereld, uitverteld. Net zo min als jij, weet ik wat mij nog gegeven is. Jij hebt nu jouw weg te gaan, dit doek is mijn weg met de gedachten en energie die deze onheilstijding in mij opriepen.
Dit schilderij werd gemaakt op de muziek van Gabriel Fauré; Cantique de Jean Racine, opus 11 (1865).